Nordic Walking

Bij Nordic Walking wandel je met twee stokken. Deze wandelvorm ontleent zijn naam aan het land van herkomst: Finland.

Nordic walking is ontstaan als zomertraining voor langlaufers

Nordic walking was vooral zo’n tien jaar geleden erg populair, maar ook nu nog beoefenen veel mensen deze wandelvorm.

 

De stokken zorgen ervoor dat je je conditie en uithoudingsvermogen traint. Je wandelt bovendien effectiever omdat je je rug-, schouder- en armspieren intensief gebruikt. Het is hierbij wel van belang dat je een juiste techniek toepast en een juiste lichaamshouding aanneemt.

Een richtlijn voor de juiste lengte van de stok is de lichaamslengte vermenigvuldigen met 0,68. De pole heeft enkele belangrijke verschillen met de wandelstok:

  • De voet (schoen) van de pole is schuin geplaatst (bij de wandelstok recht).
  • De handlussen zijn breder en worden op een bepaalde manier met klittenband om de pols bevestigd (bij de wandelstok zijn het vaak gewone smalle lussen).

 

De beweging tijdens nordic walking bestaat uit vier verschillende fases: de zwaaifase, het planten, de duwfase en de trekfase. .